|
26 september 2005 Het tussenstuk
Ik kijk voor me en zie op het stoeltje dat net boven mijn tafel uitsteekt de kreten 'recht sucks' en 'I love recht' elkaar afwisselen. Eén ding is zeker, rechten heeft zijn saaie momenten, want er is geen collegezaal waar de stoelen zo beklad zijn. Bijna kwart voor twee, nog even en dan ben ik op weg naar de Utrechtse binnenstad. Het is al de tweede vrijdag in september en het is nog bijzonder lekker weer. Utrecht is bij uitstek de stad om op een vrijdagmiddag, met dit heerlijke zonnige weer, op een terrasje neer te strijken en met een pilsje voor je neus, niets anders doen dan met wat vrienden het voorbij wandelend publiek te keuren. Maar, zo ver is het nog niet en ik zit weer weg te dromen terwijl ik college moet volgen.
Een paar momenten verder, loop ik samen met een vriend richting de Kralingse. De zon brandt op mijn knar en de lucht vertoont alle kenmerken om voor een wereldse dag te zorgen. We stappen in de metro en binnen no time staan we op Rotterdam Alexander, waar de trein gelukkig niet lang op zich laat wachten. Terwijl de wagons nog het spoor op denderen, vangen we door de raampjes al een glimp op van wat ons te wachten staat: de trein is stampvol met mensen. Het instappen gaat met het nodige gedrang voor de deuren en met moeite mogen we erbij in het tussenstuk tussen twee wagons, maar niets kan mijn humeur verpesten. Het ritje is kort en we zullen het wel overleven. Ik kijk even vluchtig naar mijn mede passagiers. Mijn ogen blijven rusten bij twee mannen van middelbare leeftijd, die zich bij de deur hebben geparkeerd. Het zweet gutst van hun hoofd - enigszins overdreven - denk ik bij mezelf.
De deur sluit en de trein vertrekt. Het wordt me al vrij snel duidelijk dat de temperatuur met 16 mensen in een treintussenstuk aardig kan oplopen. Sommigen proppen zich daarom de wagon in, waar de open raampjes nog voor enige verkoeling zorgen. De mensen van het tussenstuk hebben deze luxe niet. Ik vraag me af of degene die deze treinstellen ontwerpt daaraan gedacht heeft, toen dit tussenstuk voor hem lag op zijn tekentafel. Ik hou het nog wel even uit, armen een beetje losjes omhoog, proberen zo weinig mogelijk te bewegen en ondertussen rustig doorkeuvelen, zolang er maar niets vervelends gebeurd. En dan opeens gaat de trein op de rem. Het zal toch niet waar zijn en al snel klinkt het door de luidsprekers: "Er staat een trein voor ons met een defect, we hebben geen idee hoe lang dit gaat duren, onze excuses." Ongelooflijk, een moment slaat de wanhoop toe en direct begint er ook een telefoon te rinkelen, waarna een meisje met veel te luide stem gaat staan bellen. Het is hier zeker zestig graden en ik hou dit geen tien minuten meer uit. Een voor een ga ik mijn lotgenoten langs en irritatie en zweet voeren absoluut de boventoon, ik kan wel huilen.
Opmerkelijk genoeg valt het defect mee en na 5 minuten rijden we weer door. Een zucht van verlichting gaat door het tussenstuk en zwijgend ondergaan we de laatste minuten. Op Utrecht CS maken 2 onbeschoft voordringende meisjes uit de wagon, nog een opmerking over de kwaliteit van de lucht in het tussenstuk, maar het kan me niet meer boeien. Ik stap uit, ga op weg naar de terrassen en terwijl mijn blouse opdanst door een vrolijk voorbij zoevend briesje, bedenk ik dat het eigenlijk best meeviel.
Dubje
|