|
19 mei 2007 Wat kijk je nou naar me?
Wat kijk je nou naar me? Waarom zit je me met die veelbetekenende blik in je ogen me aan te staren? Het is toch niet mijn schuld? Jij was zo ongeduldig Suzanne. Ik zei dat je dat moest laten. Zo is het gegaan. Het is dus niet mijn schuld, maar de jouwe. Je rent hier altijd maar door het huis alsof het een atletiekbaan is. Wat het niet is. Het is hier niet berekend op dat soort druk gedrag. Zodra ik thuis kom, zit je achter me aan. Je probeert zelfs met me mee te gaan naar de WC. Je hebt het echt aan jezelf te danken.
Met je grote ogen me diep in mijn ogen staren en ontzet en verdrietig kijken, gaat niet werken vandaag. Ik ga me niet schuldig voelen want ik stond in mijn recht. Je hebt het er zelf naar gemaakt. Ja, ik weet dat we maar met z'n tweetjes zijn en er het beste van moeten maken, en dat dit beter gaat als we lief voor elkaar zijn, maar er zijn grenzen dotje. In iedere relatie zijn er punten waarin je zegt 'tot hier en niet verder'. We hebben zojuist zo'n punt bereikt. Natuurlijk wil ik er wel over praten. Het je uitleggen, maar luisteren daar ben je niet zo goed in, weet je nog? Je loopt altijd halverwege onze gesprekken weg om op bed liggen te gaan liggen. Ja ja, mij hou je niet voor de gek. Ik heb je nu ook alweer een aantal maal naar het plafond zien staren. De desinteresse stroopt er vanaf. Je zit zeker alweer met je gedachten bij het avondeten. Ik verwacht ook niet meer van je eigenlijk. Je zult wel de rest van de dag op de bank gaan liggen mokken, totdat ik weer een heerlijke maaltijd voor je heb bereidt. Je liefde gaat overduidelijk door de maag.
Zo gaat het altijd toch? Arrogantie ten top eigenlijk en ik accepteer het gewoon. Daarom heb ik nu een streep getrokken. Soms moet een man laten zien dat hij de baas is. Ja, misschien ben ik wel wat te ver gegaan in mijn reactie. Maar het is ook opgekropte woede, wat eruit moest. Het is niet vandaag voor het eerst. Dit speelt eigenlijk al sinds we elkaar kennen. Dus kijk nou maar niet zo zielig en verlopen. Jij sprong op de kast, liep de vaas omver en ik had niets anders omhanden dan jouw vacht om het weer droog te maken.
Dubje
|